SV | En Jonathan zeide tot David: De HEERE, de God Israels, indien ik mijn vader onderzocht zal hebben omtrent dezen tijd, morgen [of] overmorgen, en zie, het is goed voor David, en ik dan tot u niet zende, en [voor] uw oor openbare; |
WLC | וַיֹּ֨אמֶר יְהֹונָתָ֜ן אֶל־דָּוִ֗ד יְהוָ֞ה אֱלֹהֵ֤י יִשְׂרָאֵל֙ כִּֽי־אֶחְקֹ֣ר אֶת־אָבִ֗י כָּעֵ֤ת ׀ מָחָר֙ הַשְּׁלִשִׁ֔ית וְהִנֵּה־טֹ֖וב אֶל־דָּוִ֑ד וְלֹֽא־אָז֙ אֶשְׁלַ֣ח אֵלֶ֔יךָ וְגָלִ֖יתִי אֶת־אָזְנֶֽךָ׃ |
Trans. | wayyō’mer yəhwōnāṯān ’el-dāwiḏ JHWH ’ĕlōhê yiśərā’ēl kî-’eḥəqōr ’eṯ-’āḇî kā‘ēṯ| māḥār haššəlišîṯ wəhinnēh-ṭwōḇ ’el-dāwiḏ wəlō’-’āz ’ešəlaḥ ’ēleyḵā wəḡālîṯî ’eṯ-’āzəneḵā: |
En Jonathan zeide tot David: De HEERE, de God Israels, indien ik mijn vader onderzocht zal hebben omtrent dezen tijd, morgen [of] overmorgen, en zie, het is goed voor David, en ik dan tot u niet zende, en [voor] uw oor openbare;
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Jonathan zeide tot David: De HEERE, de God Israels, indien ik mijn vader onderzocht zal hebben omtrent dezen tijd, morgen [of] overmorgen, en zie, het is goed voor David, en ik dan tot u niet zende, en [voor] uw oor openbare;
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!